Les 13: "Dus ik zeg,
nou dat zeg ik"
Leiden, maandag 1 april 2013
Lieve Liefdescursisten,
U weet het nog heel goed, die eerste keer dat u de Geliefde
ontmoette. Liefde op het eerste gezicht. Uw hart barstte bijna
uit elkaar van de fijne gevoelens, en uw verstand deelde u
mede dat dit de ware was, voor altijd en altijd. Ja, dat was
heerlijk, dat moment. Maar toen zei de Geliefde iets dat alles
veranderde. Want het was dom.
Dom kan lief zijn, maar dat is het zelden. In honden vaker,
maar daar zoekt de gemiddelde Liefdescursist geen verkering
mee. Het kan zo bitter tegenvallen wanneer uw Geliefde af
en toe, regelmatig of misschien zelfs vaker wel dan niet iets
doms zegt. Onwetendheid is iets anders, dat is met een goed
boek of een educatief cursusje verholpen. Maar dom, iets niet
kunnen begrijpen en dan toch vol bravoure een mening uittetteren,
dat gaat u op den duur irriteren. Het merkwaardige is, dat
u desalniettemin gewoon verliefd kunt blijven. Dat wil zeggen,
meestal.
Bij de ene Liefdescursist raakt de liefde snel uitgedoofd,
wanneer de ander dom blijkt te zijn. De andere Liefdescursist
denkt gemoedelijk dat er toch wel veel tegenover staat, en
dom, ach, chagrijnig is erger. Daar valt wat voor te zeggen.
Denkt u maar een een Golden Retriever. Die zien de grootste
schoft nog aan een lief mens, wat ultradom is, en toch zijn
die hondjes aangenaam gezelschap. De vaak teleurgestelde single
zien wij dan ook vaak uitkomen bij verkering met de hond.
De verklaring daarvoor is: "Hoe beter ik de mensen leer
kennen, hoe meer ik van dieren hou." Dat is niet zozeer
dom, maar treurig. Nooit de liefde opgeven, hoor Cursisten.
Het kan altijd nog.
Zeg eens eerlijk, hoe dom mag uw Geliefde zijn?
- Ik vind alles best, zolang ik me maar niet hoef te schamen
op een verjaardag of receptie.
- Zolang iemand maar goed in bed is.
- Niet.
Het laatste is radicaal en dat schept dus veel
duidelijkheid. Daarbij moet u wel beseffen dat u iemand dom
kunt vinden, maar een ander u ook. Er is in domheid een hiërarchie.
Het kan altijd dommer, en soms bent u de domste, al zult u
dat nooit weten. Een zalig idee, au fond.
Ooit was ik gecharmeerd van een kloeke mannelijke
verschijning, die ik regelmatig in dezelfde winkel aantrof,
steeds voor de zaterdagse boodschappen. Weken, neen, maanden,
vulde de verschijning mijn emotionele leven. Hem aanspreken
durfde ik niet. Dat bleek verstandig. Want op een fatale zaterdag
hoorde ik het manspersoon spreken, en daarmee was mijn mooie
illusie failliet. Hij klonk dom. Hij lachte zo raar. En wat
hij zei, was dermate onder het Leidse peil, dat ik het meteen
verdrongen heb. Dom? Ik deins ervoor terug. Het bedgedeelte
is dan geheel niet meer aan de orde.
Onwetend is een geheel andere kwestie, zoals
ik al eerder aanstipte. Ooit gaf ik een Koerdische vluchteling
bijles Nederlandse taal, wat moeizaam ging. Maar dat gaf niets,
gezien zijn prachtige bruine Bambi-ogen die zo gekweld konden
kijken als ik weer een grammaticale constructie uiteenzette,
bij voorkeur opgediept uit de zeventiende eeuw. Fijne herinneringen,
zonder meer.
In tegenstelling tot onwetendheid is dom een
permanente situatie. De Geliefde blijft zo. Denkt u aan kinderen
krijgen, dan zullen die op de domme Geliefde lijken en hoe
voelt u zich dan? Dat zijn de levensvragen waar het om gaat.
Maar het hoeft niet, die kinderen. Die Geliefde trouwens evenmin.
Enfin, dat is allemaal aan u.
Aanstaande maandag een probleem dat steeds weer
in de liefde opduikt, bij vrouwen eerder dan bij mannen. Dat
zijn de ergernissen die u ervaart bij de aanblik van de garderobe.
Wat de Geliefde draagt bevalt u niet, of u had gewoon liever
iets anders gezien. Broekrokken, witte sokken, lingerie en
andere ellende, dat komt volgende week aan de orde bij |